In mijn vorige blog vertelde ik jullie uitgebreid over de start van onze roadtrip door Portugal. Te uitgebreid. Ik was erg veel tijd kwijt met deze blog, omdat ik het té leuk vond om jullie over van alles en nog wat te vertellen. Tegelijkertijd vroeg ik me af of het nodig was om het op deze manier te doen. Dus vandaag gooi ik het roer even om: ik doe het korter (en hopelijk krachtiger). Ik ben benieuwd wat jullie voorkeur heeft: de lange of korte variant van mijn blogs. Ik hoop op jullie reacties in de comments hieronder; dan weet ik dat tenminste één of twee mensen het lezen en ik dit niet alleen maar voor mezelf uitschrijf, haha #sad.
Goed. In deze blog kun je alles lezen over Porto en Lissabon waar we onze trip startten. Na 9 dagen mochten we dan eindelijk de drukke steden uit en scheurden we met onze huur auto over Lissabon’s lange brug, zo hup, het binnenland in. We reden richting Evora, omdat we vooraf hadden gelezen dat hier Capela dos Ossos te vinden was. Een bezienswaardigheid die op de werelderfgoed lijst staat, dus why not.
Capela dos Ossos is niet veel meer dan een kapel in een kasteel. Maar die kapel bestaat dan dus wel uit alleen maar delen uit het skelet van mensen. Ja. Dus zeg maar lekker opgebouwd uit heupstructuren, bovenbenen, dijbenen, onderarmen, schedels, ruggenwervels en ga zo maar door. Dat is nou niet iets waarvan ik zeg: ‘Leuk! Gaan we doen’, maar ach… ik wil het dan ook wel weer graag zien ofzo. En de vriend helemaal, dus Evora it is.
We sliepen in dit hostel waar we een twin-room boekten met heerlijke bedden en goede verduistering. Een heerlijk bio- en ecologisch ontbijt zat bij de schrale prijs in begrepen. Ik wil even benoemen dat er homemade PINDAKAAS (en taart) bij dat ontbijt was. Halleluja, eindelijk mijn pindakaas weer tijdens deze vakantie. Dat, plus het onwijs vriendelijke personeel die je veel vertelt over Evora, maakt dat dit hostel een vette aanrader was.
Evora is een erg klein, maar heel lief en knus touristisch dorpje. Binnen de oude stadsmuren vind je amper de echt inwoners van Portugal, maar hé. Er waren genoeg leuke en mooie dingen te zien. Met o.a. Capela dos Ossos dus. En dat vond ik dus gigantisch tegenvallen. Tis wel impressive hoor, maar niet zoals ik verwacht had. Het is smal, klein, je kijkt wat, maakt er een paar foto’s en bent weer weg. Voor de 5 euro entre mag je dan nog wel verder door het kasteel lopen, waar je veel kunst en oud zilver/tafelwerk kunt aanschouwen. Ik zou het alsnog wel aanraden, omdat je dit niet vaker zult zien in je leven (gelukkig maar ;)) maar stel je er niet heel veel bij voor.


Verder hebben wij van Evora genoten. We waren er maar voor één nachtje, maar kwamen de eerste dag op tijd zodat we alvast wat konden verkennen van het stadje. We hebben er verder heerlijk gegeten. Onderstaande tips kwamen allemaal van de lieve mensen bij het hostel:
– Het lekkerste ijs aten wij bij Fabrica dos Gelados. Het is duur, maar dan krijg je ook wat. Mjam wat was dit heerlijk! Kies vooral het chocoladehoorntje ❤
– We aten heerlijk (en wederom duur, maar hé het is vakantie #enjoylife of zoiets) bij Tabua & barro do Naldo. ’s Middags liepen we hierlangs en omdat we deze als aanrader van het hostel kregen, wilde we meteen maar reserveren (als je mijn vorige blog hebt gelezen weet je waarom dit verstandig is om te doen in Portugal). De ober en eigenaar kwamen een praat je met ons maken, we kregen gratis bier in een tinnen mok (blijft lekker lang koud) en konden half dronken de rest van de middag spenderen #grapje. Maar toch, leuk ontvangst. Ook ’s avonds wist de eigenaar hoe ie zijn eten en wijnen moest verkopen. Ik betaalde 12,50 voor een glas wijn, maar eerlijk is eerlijk: ik heb nog nooit zo’n lekkere rode wijn gedronken. Vooraf krijg je een hapjesplank met allerlei deeghapjes en een soepje. Als hoofd deelden we een geweldig braadstuk met groentes en aardappel. Voor het toetje was geen plek meer…
Vanuit Evora reden we verder door naar de Westkust. Dit was een stukje rijden, maar dit werd aangenaam door de mooie tussenstops die we maakten én de prachtige rit door de natuur. Je weet hoe mensen je kunnen vertellen over hun reizen door Amerika en geen hond (of koe) op de weg; dat is hier net zo! Overal mooie natuurstukken om je heen, lekker muziekje op en toeren maar. Love it!
We verheugden ons heel erg op de zee, dus maakten vooral veel tussenstops bij Praia’s (rotsen) aan de westkust, die overal op Google maps aangegeven staan. Ik kan van alles vertellen over deze mooie uitzichten, maar foto’s zeggen meer dan 100 woorden, toch? 😉
Uiteindelijk kwamen we aan bij ons hostel aan de westkust. We sliepen in Almograve Beach Hostel, wat niet veel voorstelde, maar alles had wat we nodig hadden voor één nacht. We kozen dit plaatsje lekker random, gewoon gekeken op de kaart waar een plaatsje aan het strand was om de volgende dag verder te kunnen toeren. In Almograve is niet zoveel, dus we kochten bij een kleine supermarkt wat boodschappen en kookten zelf in het hostel die avond. Ook gingen we de deur nog even uit om de zon onder te zien gaan in de zee 🙂

Vanuit Almograve ging onze route verder naar Sagres. Sagres ligt in het uiterste puntje van Portugal (als je goed kijkt kan je Afrika zien liggen!) en is een erg toeristische plaats die met name wordt bezocht door surfers. Nu zijn wij dat niet, maar man. Wat is dat wel geweldig om naar te kijken zeg. Ik heb het ooit geprobeerd en weet uit ervaring dat het 1000x moeilijker is dan het lijkt.
Mijn vriend vond een Airbnb die nét buiten Sagres en precies voor de mooiste Praia lag. Mét uitzicht vanuit ons raam op de zee. Heerlijk wakker worden hier. Omdat we een eigen keuken hadden en ons appartement dus iets buitenaf van het dorpje zelf lag, hebben we hier 2 van de 3 avonden gekookt; scheelde ook weer wat in onze kosten. In Sagres zelf zijn enkele kleine supermarkten en een grote supermarché te vinden waar je al je boodschappen kunt doen. Verder heeft Sagres niet zoveel bezienswaardigheden, maar het is wel een heerlijke plek om tot rust te komen. Maak wandelingen, bijvoorbeeld naar de vuurtorens, ga een stukje hiken door de duinen en rotsen, en rust vervolgens uit op de stranden bij de Praia’s (na een daal- en klimtocht) en vier je vakantie zoals het hoort. Een lekker drankje erbij, een boekje en ontspannen maar!






Zojuist vertelde ik je dus dat wij 2 van de 3 avonden hebben gekookt. Die ene avond dat we dat niet deden, belanden we bij Terra. Niet geheel toevallig, want dit zat precies onder ons appartement. Terra heeft niet één specifiek thema, maar koken van alles: Italiaans, Portugees, zelfs Thais. Meestal heb ik het niet zo op dat soort restaurants (kan niet goed zijn denk ik dan), maar hier dus wel. Het eten was geweldig. Ik at een heerlijke pasta met vis (en een halve grote gamba on top) en mijn vriend bestelde een bord vol gefrituurde verse vis. Mjam! En het kan best zijn dat we één of twee keer ’s middag terug zijn gegaan voor lunch met taart en tiramisu…
Nog één ding voordat ik deze blog afsluit. Het heeft een aantal woorden met een dringende boodschap. Verlaat. Sagres. NIET. Zonder de Pottery te hebben bezocht. Deze lag aan de rechterkant van de weg die vanaf Sagres richting ons appartement (en dus restaurant Terra) loopt. Het heeft geen naam (zover ik weet) en ook geen website, maar het is wel GEWELDIG. Als je net zoveel van mooi servies houd als ik dan. En het mooie (of erge..) is: het is zo goedkoop dat je diep van binnen huilt omdat je besloot lekker cheap met alleen handbagage te reizen..

Oké. Dit foto verslag van Evora en de westkust wordt bij deze afgesloten. Ik hoop dat je het leuk vond om naar te kijken. Laat dan een reactie achter in de comments zodat ik weet dat ik dit niet helemaal voor niets doe 😀
Ik vond het in ieder geval fijn om weer even terug te keren in deze fijne tijd die we op deze plekjes hadden. In deel 3 vertel ik jullie alles over de rest van de zuidkust. Want dat was ook geweldig ❤ Lees je dan weer mee? 🙂
Let’s get social!
Volg Elsschrijft ook op Facebook of Instagram (@elsschrijft). Vind ik gezellig 🙂
Wil je samenwerken? Bezoek dan het kopje ‘Contact’ op deze website!